Dit voorjaar publiceerde het ministerie van EZK de nieuwe Routekaart Energieopslag. Deze 120 pagina’s tellende publicatie brengt in kaart welke acties ondernomen moeten worden om energieopslag te bevorderen, passend bij de verwachte rol in het toekomstige energiesysteem, tot het jaar 2035 én daarna. Daarbij wordt gekeken naar zowel elektriciteits-, moleculen- als warmteopslag. Wij zetten de punten die direct gerelateerd zijn aan bodemenergie voor u op een rij. Het volledige rapport kunt u hier downloaden.
Aanleiding: toenemend belang van opslag voor het energiesysteem van de toekomst
Elektriciteit zal in het energiesysteem van de toekomst een dominerende rol spelen, met wind en zon al belangrijke bronnen. Ook is er een belangrijke systeemrol weggelegd voor waterstof. Een groot deel van de warmtevraag zal worden ingevuld met decentrale (lokale) duurzame bronnen en voorzieningen. Het kunnen opslaan van energie (stroom, warmte, koeling) om deze op een later moment te kunnen gebruiken, wordt een belangrijk aspect in het energiesysteem.
De Routekaart Energieopslag is volgens branchevereniging EnergyStorageNL, betrokken bij het opstellen van het document, “een belangrijke stap om de rol van energieopslag in Nederland te onderstrepen en te bevorderen”.
Ook minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten onderschrijft dit in zijn begeleidende Kamerbrief: “Zowel elektriciteits-, moleculen- als warmteopslag zullen nodig zijn in ons energiesysteem, het balanceren van vraag en aanbod, het bedienen van de warmtepiekvraag, het ondersteunen van elektriciteits-, gas- en warmtenetten, het verlichten van netcongestie en het bieden van strategische voorraden”.
Op pagina 68 van de Routekaart Energieopslag wordt verder ingegaan op diverse technieken voor seizoensopslag met warmte, waarin bodemenergie (nu al en zeker in de toekomst) een belangrijke rol inneemt.
Technieken voor seizoensopslag met warmte
‘Zowel ondergrondse als bovengrondse warmteopslagsystemen worden in een collectief systeem (warmtenet) gebruikt. Onder deze vorm van opslag vallen onder andere bodemenergiesystemen waaronder warmte-koudeopslag (WKO) en gesloten bodemlussen, midden- en hoge temperatuur ondergrondse warmteopslag (ofwel MTO of HTO) in diepe aquifers of in mijnstructuren.
De marktpenetratie van deze technieken loopt uiteen van ‘beperkt toegepast in Nederland’ voor kuil warmteopslag, enkele installaties voor zowel MTO of HTO in diepe aquifers, als tank warmteopslag, warmteopslag in mijnstructuren en borehole warmteopslag, tot enkele duizenden open systemen voor bodemenergie. Het Technology Readiness Level (TRL) van deze systemen is dusdanig hoog dat uitrol naar de markt mogelijk is, maar nog niet voor elke techniek is er sprake van grootschalige toepassing.’, zo lezen we in de Routekaart.
Bodemenergiesystemen als bewezen techniek
Verder vermeldt het document: ‘Warmte-koudeopslag (WKO) in ondiepe bodemlagen is inmiddels breed uitgerold in de Nederlandse gebouwde omgeving. Dit is mede te danken aan de opbouw van de Nederlandse ondergrond waarin zich veel aquifers bevinden, en het feit dat de rijksoverheid in de jaren ’90 van de vorige eeuw de opschaling van WKO actief heeft gestimuleerd door middel van een succesvol marktimplementatie programma. Momenteel zijn ruim 3.000 WKO systemen geïnstalleerd (ECW, 2022).
Bodemenergie systemen berusten op de toevoeging en onttrekking van warmte in uitwisseling met de ondergrond. Deze bodemenergiesystemen, waarbij warmte tot enkele tientallen meters onder de grond wordt opgeslagen, worden in Nederland veel toegepast om woningen, kantoren en andere gebouwen jaarrond van warmte en koude te voorzien. Op het gebied van open systemen, waarbij de warmte en koude in ondiepe aquifers wordt opgeslagen (WKO-systemen), loopt Nederland internationaal voorop met enkele duizenden installaties. Daarnaast worden de gesloten bodemlussen (gesloten bodemenergiesysteem) ook veelvuldig toegepast (circa 80.000 bodemlussen geïnstalleerd), maar zijn we hier globaal gezien geen koploper in.’
Benodigde acties ter voorbereiding op beleid
In het document is een uitgebreide actielijst gepubliceerd, met acties die bij verschillende actiehouders liggen. Deze acties zijn nodig voor het bevorderen van warmteopslag in het algemeen en – zoals het plan aangeeft – dienen vóór 2035 te worden uitgevoerd. Daarbij valt bijvoorbeeld te denken aan het evalueren, verkennen en uitwerken van een beleidskader om warmteopslag te stimuleren door middel van financiering en/of subsidies.
Ook het ontwikkelen van een visie voor warmteopslag (seizoensopslag) in het ruimtelijke systeem en het ontwikkelen van handreikingen voor gemeenten is een noodzakelijke actie. De handreikingen voor gemeenten dienen volgens de routekaart te worden gericht op technische kennis over seizoensopslag en zal ondersteunende informatie voor de rol van de gemeente bieden.
Op pagina’s 77 t/m 80 vindt u het volledige overzicht van de gedefinieerde acties die nodig zijn voor het bevorderen van warmteopslag.